Persbericht

Het jaarverslag 2016 van de Studiecommissie voor de vergrijzing bevestigt de daling van het armoederisico bij gepensioneerden

Het jaarverslag 2016 van de Studiecommissie voor de vergrijzing bevestigt de daling van het armoederisico bij gepensioneerden

Vandaag, woensdag 13 juli, heeft de Studiecommissie voor de vergrijzing haar jaarverslag voorgesteld dat beoogt de gevolgen op lange termijn van de vergrijzing van de bevolking te analyseren.

 

Hoewel het enkele correcties aanbrengt met betrekking tot de conclusies van het vorige verslag, die verband houden met bepaalde economische parameters, bevestigt het jaarverslag 2016 het gunstige effect van de pensioenhervorming op de vermindering van de budgettaire kost van de vergrijzing.

 

Bovendien benadrukt het jaarverslag 2016 dat het armoederisico bij ouderen blijft dalen en dat deze trend zich tot 2050 zal voortzetten.  

 

Deze conclusies gaan dezelfde richting uit als deze die afgelopen maandag door de FOD Economie openbaar werden gemaakt. Zo meldt de FOD Economie dat de armoedegraad bij ouderen van 23% in 2006 tot 15% in 2015 is gedaald.  Voor het eerst is de armoedegraad bij senioren vergelijkbaar met die van de algehele populatie.

 

De verhoging van de minimumpensioenen en de laagste pensioenuitkeringen vormt zonder twijfel de belangrijkste reden voor deze daling van het armoederisico.

 

Er dient aan te worden herinnerd dat de helft van het budget van de  « welvaartsenveloppe » 2015-2016, zijnde bijna een half miljard euro, werd gewijd aan de herwaardering van de laagste pensioenen en de minimumpensioenen in het bijzonder. Dit is meer dan het dubbele dan hetgeen door de vorige regering werd vastgelegd voor de periode 2013-2014. 

 

Minister van Pensioenen, Daniel BACQUELAINE :

 

« De Minister van Pensioenen kan zich enkel maar verheugen over de conclusies van de Studiecommissie voor de vergrijzing die meldt dat het armoederisico bij gepensioneerden blijft dalen en dat deze trend zich tot 2050 zal voortzetten. We zijn goed op weg om de doelstelling die erin bestaat de minimumuitkeringen op het vlak van sociale zekerheid en sociale bijstand geleidelijk aan te brengen tot het niveau van de Europese armoedegrens, te bereiken ».