Het laatste verslag van de Studiecommissie voor de vergrijzing benadrukt het onontbeerlijke karakter van de pensioenhervorming
Deze donderdag, 9 juli, stelt de Studiecommissie voor de Vergrijzing zijn jaarverslag voor dat beoogt de gevolgen van de vergrijzing van de bevolking op lange termijn te analyseren. Dit verslag bevat de belangrijkste maatregelen die de huidige regering heeft genomen wat betreft sociale uitkeringen en in het bijzonder de pensioenhervorming.
Minister van Pensioenen, Daniel BACQUELAINE : « De publicatie van een dergelijk instrument belicht onze sterke maar ook onze zwakke kanten, zodat wij oplossingen voor die laatste kunnen vinden. De cijfers en analyses in dit verslag bevestigen de deugden van de pensioenhervorming die zo eerlijk mogelijk de gevolgen van de vergrijzing van de bevolking beheert. Door het evenwicht in ons sociaal systeem te herstellen heeft de regering voor de weg van de verantwoordelijkheid ten gunste van het algemeen belang gekozen ».
De conclusies van het verslag bewijzen de gunstige gevolgen van de pensioenhervorming, zoals meer bepaald:
- De hervorming zal tussen 2014 en 2060 en in vergelijking met de evaluatie van juli 2014 zorgen voor een vermindering van de stijging van de budgettaire kost ingevolge de vergrijzing met 1,9 % van het BBP. Als we hierop een bedrag kleven, gaat het om een structurele vermindering van de pensioenuitgaven met ongeveer 8 miljard euro. Deze prognoses zouden evenwel nog kunnen worden herzien, daar zij thans geen rekening houden met andere hervormingen zoals de invoering van een pensioen met punten. De modaliteiten van dit puntensysteem dienen na overleg met de sociale partners te worden bepaald.
- De hervorming zal de werkgelegenheidsgraad doen stijgen en in het bijzonder de activiteitsgraad van personen tussen 55 en 66 jaar. Op basis van het referentiescenario van de Studiecommissie voor de Vergrijzing zal de werkgelegenheidsgraad van voormelde personen tussen 2014 en 2060 met 15,4 % stijgen ten opzichte van het jaarverslag 2014. Op termijn zou de kloof die België heeft met zijn Europese partners in termen van werkgelegenheid bij ouderen moeten worden gedicht.
- De hervorming zal de armoede bij gepensioneerden doen dalen (zie grafiek : Armoede risico bij gepensioeerden – impact van de pensioenhervorming - Bron : Studiecommissie voor de Vergrijzing, Jaarverslag 2015, p.56.). Meerdere elementen verklaren deze conclusie en in het bijzonder de opwaardering van de laagste pensioenen dankzij de welvaartsenveloppe. Bovendien zal de verhoging van de wettelijke pensioenleeftijd de werkenden toelaten bijkomende rechten op te bouwen en op die manier gemiddeld genomen hogere pensioenen te ontvangen.
- De hervorming zal ongelijkheid verminderen, daar de laagste pensioenen het sterkst zullen stijgen, waardoor het risico op armoede voor mensen met een onvolledige loopbaan wordt verminderd. Deze groep kent overigens voor het merendeel vrouwen.
De conclusie van het verslag van de Studiecommissie voor de Vergrijzing is duidelijk: « De pensioenhervorming zal zorgen voor zowel een daling van de budgettaire kost van de vergrijzing als een verbetering van de sociale houdbaarheidsindicatoren op het gebied van de pensioenen ». |
Contactpersoon
Koen Peumans, woordvoerder van Daniel Bacquelaine, Minister van Pensioenen
+32(0)473/81.11.06 - koen.peumans@bacquelaine.fed.be