Harmonisering van het afkopen van studiejaren – Het Federaal Planbureau bevestigt: positieve impact op de vergrijzingskost
Vanmorgen hebben de Minister van Pensioenen Daniel Bacquelaine en de Commissaris bij het Federaal Planbureau, Philippe Donnay het rapport ‘Een hervorming van de regularisatie van studieperiodes in de Belgische pensioenregelingen – Raming van de budgettaire effecten’ voorgesteld. Dit rapport bevestigt de positieve impact van deze hervorming op de vergrijzingskost.
De eerste conclusie die in het rapport van het Federaal Planbureau wordt getrokken over de impact van de harmonisering van het afkopen van de studiejaren voor het pensioen is dat, ondanks de opening van nieuwe rechten, onder meer voor de werknemers, deze hervorming geen negatieve budgettaire impact heeft voor de Federale Staat. Integendeel, de regularisaties zouden een opbrengst van meer dan een half miljard euro moeten opleveren uit bijdragen in de loop van de komende 5 jaren. De hervorming van het systeem van het afkopen van studiejaren laat zo toe om de stijging van de budgettaire vergrijzingskost nog verder te verlagen tussen 2017 en 2060. Ter herinnering, de vorige pensioenhervormingen van deze regering hadden reeds toegelaten deze stijging te verminderen met 1,9%. Het geheel van deze hervormingen heeft als bedoeling om de uittreedleeftijd uit de arbeidsmarkt te verhogen.
De pensioenen van de ambtenaren zullen stijgen!
De tweede conclusie van het rapport is dat de hervormingen, ondanks het feit dat ze positief zijn voor de begroting, niet leiden tot een verlaging van de pensioenbedragen en dit zelfs voor de ambtenaren die genieten van de diplomabonificatie. De ambtenaren zullen voortaan een bijdrage moeten betalen voor de regularisatie van hun studiejaren en, indien zij dat niet doen, kan het pensioenbedrag van sommigen van hen, zoals het rapport van het Federaal Planbureau benadrukt, dalen. Maar indien er rekening wordt gehouden met alle hervormingen die Daniel Bacquelaine heeft doorgevoerd (verhoging van de leeftijds- en loopbaanvoorwaarden voor het pensioen, hervorming van de diplomabonificatie voor de loopbaanvoorwaarde en de hervorming van het systeem van afkopen van studiejaren), zal de gecombineerde impact positief zijn voor het pensioen van de ambtenaren. Hun pensioenen zullen stijgen.
De hervorming benadeelt de leerkrachten niet.
Vorige week heeft Marie-Martine Schyns, de Franstalige Minister van Onderwijs, nodeloos de leerkrachten ongerust gemaakt door aan te kondigen dat de pensioneringen van de leerkrachten zullen worden uitgesteld tot de leeftijd van 68 jaar. De hervorming verlengt geenszins de loopbaanduur van een leerkracht aangezien ze enkel de pensioenberekening betreft. Verder bevestigt het rapport van het Federaal Planbureau dat de leerkrachten niet worden benadeeld aangezien dat de loopbaanduur die in aanmerking wordt genomen voor de pensioenberekening (de jaren van verloven voorafgaand aan het pensioen inbegrepen) in de meeste gevallen 41 jaar en 3 maanden overschrijdt en dat ze dus hun studiejaren niet nodig hebben om hun loopbaan aan te vullen. Indien men veronderstelt dat hun loopbaan in het onderwijs minder dan 41 jaar en 3 maanden telt, zal het voor hen nog steeds mogelijk zijn om hun studiejaren te valoriseren zonder noodzakelijkerwijs een regularisatiebijdrage te betalen. De diplomabonificatie blijft inderdaad gratis in functie van de gepresteerde loopbaan op de datum van de inwerkingtreding van de hervorming.
De Minister van Pensioenen, Daniel BACQUELAINE :
“Dit rapport bevestigt de positieve impact van onze hervorming op de vergrijzingskost op korte en lange termijn. De evolutie van deze kosten wordt afgeremd ten belope van 0,1% van het BBP in 2060 in vergelijking met een scenario zonder hervorming. Het geheel van de door de regering aangenomen hervormingen leidt niet tot een afname van de pensioenbedragen en dit zelfs voor de ambtenaren. Integendeel, hun pensioenen zullen stijgen! Ik merk eveneens op dat dit rapport van het Federaal Planbureau bevestigt dat deze hervorming de leerkrachten niet benadeelt, in tegenstelling tot wat Minister Schyns heeft beweerd.”
De Minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO's, Landbouw en Maatschappelijke Integratie, Willy BORSUS : “Het Federaal Planbureau vestigt de aandacht op het belang van de hervorming voor de zelfstandigen, omdat zij ervoor zorgt dat de pensioenen van de zelfstandigen betaalbaar blijven op lange termijn (netto besparing van 47 miljoen in 2060). Bovendien wordt in de studie ook de invoering vermeld van een rechtvaardig en billijk systeem voor de zelfstandigen. Tot op heden was, voor de zelfstandigen, de relatie tussen de inkomsten en hun kosten verschillend in functie van de periode waarin zij gestudeerd hadden, wat een verschil in behandeling creëerde onder de zelfstandigen. Dit verschil wordt uit de wereld geholpen, wat in het bijzonder interessant is voor de zelfstandigen die gestudeerd hebben tussen 1984 en 1996. Ik herinner eraan dat er momenteel 1.050.402 zelfstandigen zijn in België, onder wie 710.485 zelfstandigen in hoofdberoep.”
|